Trump-regering overweegt belang in chipfabrikant Intel, koers knalt omhoog
In dit artikel:
De Amerikaanse regering overweegt een belang van circa 10 procent te nemen in chipfabrikant Intel door een deel van de CHIPS Act-subsidies om te zetten in aandelen. Het gaat om ongeveer 10,9 miljard dollar aan steun die bestemd is voor zowel commerciële als militaire chipproductie; dat bedrag zou volgens bronnen overeenkomen met het genoemde aandelenbelang.
Met de zet wil Washington directe invloed krijgen op Intel, dat kampt met verliezen in zijn chipdivisie en waar strategische plannen onder druk staan. De mogelijke kapitaalinjectie moet het bedrijf financiële ademruimte geven en tegelijk de binnenlandse productie van halfgeleiders versterken, een prioriteit sinds de invoering van de CHIPS Act in 2022 om afhankelijkheid van Aziatische leveranciers te verminderen.
De gesprekken over omzetting van subsidies in aandelen volgden kort op een ontmoeting tussen Intel-CEO Lip-Bu Tan en president Donald Trump. Trump had recent het vertrek van Tan geëist vanwege diens zakelijke banden met Chinese bedrijven. Zowel Intel als het Witte Huis weigerden inhoudelijk te reageren op persvragen.
Beleggers reageerden positief: het Intel-aandeel steeg ruim 11 procent. Marktstrateeg Clark Geranen merkt op dat de overheid hiermee “meer grip te krijgen op de productie van cruciale bedrijven”, wat volgens hem vanuit vrijemarktperspectief vragen oproept. Ook meldt Reuters dat investeerder SoftBank bereid is 2 miljard dollar in Intel te steken, een beweging die deels lijkt te volgen op het beleidssignaal uit Washington.
Er zijn precedenten voor staatsinterventies in bedrijven tijdens crises, zoals het tijdelijke overheidsbelang in General Motors tijdens de financiële crisis. In het geval van Intel speelt naast economische steun ook geopolitieke overweging: halfgeleiders zijn strategisch belangrijk in de concurrentie met China.
Achtergrond: Intel ontving vorig jaar al bijna 8 miljard dollar aan subsidies voor fabrieksbouw, onder meer in Ohio. Onder de nieuwe topman zijn sommige fabrieksplannen echter teruggeschroefd, wat kan botsen met het streven van de regering om snel extra binnenlandse productiecapaciteit op te bouwen. Een staatsbelang zou die beleidslijnen kunnen beïnvloeden, maar roept tegelijkertijd vragen op over marktwerking en politieke inmenging.